Estuariene en kustsystemen worden, wat betreft het gesuspendeerd materiaal, gekenmerkt door hoge concentraties aan detritus en lage concentraties aan levend fytoplankton. Energiekringlopen in dergelijke systemen worden tot op heden als voornamelijk geochemisch en microbieel beschouwd (Heip, 1988). Vooral in estuaria, waar de hoogste densiteiten aan suspensieeters in de waterkolom (zooplankton en hyperbenthos) voorkomen in de maximum turbiditeitszone, werden deze organismen geacht detritivoor te zijn. Door hun betrekkelijk lage biomassa is hun activiteit in het omzetten van de enorme stocks aan detritus dan ook te verwaarlozen t.o.v. de veel snellere microbiÎle en chemische processen. Onderzoek door onze groep uitgevoerd naar de selectiviteit van voeding door zooplankton in Europese estuaria (Westerschelde, Elbe, Gironde) heeft echter aangetoond dat de dominante zooplanktonorganismen selectief op levend fytoplankton prederen in natuurlijke estuariene omstandigheden (Tackx et al., in press). Dit suggereert dat het zooplankton energetisch voordeel heeft bij het selecteren van fytoplankton, of dat het bepaalde componenten, specifiek aanwezig in fytoplankton (bv. vitaminen, Hapette & Poulet, 1990), nodig heeft. Dit blijkt ook uit de bevindingen van Castel et al. in dezelfde estuaria: lichaamsgewicht, productie en eiproductie van estuariene copepoden stijgen met de ratio fytoplankton/detritus. In toekomstig onderzoek zal ons labo zich dan ook verder toespitsen op de selectiviteit van voeding door het zooplankton.
Name | Role | Start | End |
---|---|---|---|
Sabbe, Koen | unknown | ||
Vyverman, Wim | unknown | ||
Hamels, Ilse | unknown | ||
Muylaert, Koenraad | unknown |
Name | Role | Start | End |
---|---|---|---|
Ecology and Systematics | unknown |
created:2011-12-14 14:18:59 UTC, source:vliz