De belangrijkste basisonderzoeksdoelstellingen van dit Vlaams Interuniversitair Steunpunt voor Duurzame Ontwikkeling zijn als volgt samen te vatten: 1. De bestaande capaciteit in Vlaanderen inzake wetenschappelijk onderzoek, relevant voor een coördinerend beleid inzake DO, verzamelen en verder versterken. 2. Het wetenschappelijk onderzoek verankeren, verdiepen en verruimen. 3. Aansluiten bij relevante nationale en internationale onderzoeksnetwerken, o.a. door internationaal onderzoek aan te trekken vanuit het Steunpunt, eventueel in samenwerking met andere partners waar nodig, nuttig en wenselijk. (bvb. i.s.m. IGEAT, FUL, VITO, KINT). 4. Een bijdrage leveren aan de versterking en verruiming van het draagvlak voor duurzame ontwikkeling door aan wetenschappelijke, maatschappelijke en beleidsdebatten deel te nemen. Het meerjarenprogramma is opgebouwd rond drie thematische onderzoeksclusters. Deze clusters stemmen overeen met de specifieke doelstellingen van de oproep voor dit steunpunt en met de prioriteiten van de Vlaamse overheid (zie Beleidsnota Duurzame Ontwikkeling). Ten minste twee van de vier onderzoeksgroepen zullen een bijdrage leveren aan projecten in elke cluster. Dit verhoogt de cohesie van zowel het onderzoeksproces als van de onderzoeksbenadering, zoals later in dit document nog zal worden uitgelegd. De drie onderzoeksclusters zijn de volgende: Cluster 1: Governance voor Duurzame Ontwikkeling in Vlaanderen Duurzame ontwikkeling als een onderscheiden beleidsdomein en bevoegdheid van de Vlaamse overheid (onder de verantwoordelijkheid van de Minister-president) is een recent fenomeen. Na de Wereldconferentie voor Duurzame Ontwikkeling in Johannesburg (2002) is de Werkgroep Duurzame Ontwikkeling (WGDO), een administratieve werkgroep, begonnen met de coördinatie van het stategische denken over het beleid inzake duurzame ontwikkeling. De HIVA-studie naar institutionele strategieën voor de bestuurlijke inbedding van het thema duurzame ontwikkeling (Vlaams Structureel Overleg voor Duurzame Ontwikkeling, 2005) werd door deze groep opgevolgd en heeft voor een deel als inspiratie gediend voor het eerste ministeriële beleidsdocument, de Beleidsnota 2004-2009, Duurzame Ontwikkeling. Vlaanderen, het Noorden én het Zuiden duurzaam ontwikkelen. Niettemin is het duidelijk dat dit nieuwe transversale beleidsdomein een meer ontwikkelde governancestructuur vereist in de toekomst (cf. Deel 5 van de Beleidsnota). Hiervoor zijn er institutionele aanpassingen op het niveau van de overheidsinstellingen en agentschappen nodig, alsook regelgevende veranderingen, wettelijke inbedding, politiek engagement, enz. Maar nieuwe governance-structuren vereisen ook een actieve strategie om relevante netwerken m.b.t. duurzame ontwikkeling tot stand te brengen in samenwerking met verschillende maatschappelijke en marktactoren, alsook het gebruik van innovatieve beleidsinstrumenten (Hemmati; Gaucha en Tellene; Bartelmus). Met de verschillende onderzoeksprojecten in deze cluster wensen we in eerste instantie bij te dragen aan kennis over en voorstellen formuleren ter ondersteuning van een beter aangepaste en meer performante governance-structuur op Vlaams niveau. Ten tweede willen we de positie van Vlaanderen op een meer comparatieve en internationale manier analyseren ten einde de mogelijkheden van Vlaamse beleidsmakers en ander actoren om actief bij te dragen aan deze processen te vergroten. Ten slotte zal een analyse worden gemaakt van een aantal vergelijkende evaluatie- en benchmarkingoefeningen die gepresenteerd worden op verscheidene fora en die het politieke debat in Vlaanderen en de reacties erop voeden (bvb. de Environmental Sustainability Index). Cluster 2: Duurzaamheid in Vlaanderen: systeeminnovatie en transities Aangezien duurzame ontwikkeling kan beschouwd worden als een proces van sociale verandering, is het absoluut essentieel dat wetenschappers ondersteunende kennis kunnen aandragen betreffende de te verwachten dynamieken en richting van deze verandering (Milbrath; Zaccaï). Bij de projecten in cluster 2 wordt ervan uitgegaan dat een aantal centrale maatschappelijke systemen waarop onze welvaart gebouwd is (o.a. het energie-, mobiliteits- en landbouwsysteem), worstelen met complexe en hardnekkige problemen die onduurzaamheid op sociaal, ecologisch en economisch vlak in de hand werken. De diepgaande transformaties die in die systemen nodig zijn, worden in de wetenschappelijke literatuur beschreven als (socio-technische) systeeminnovaties. De beleidsaanpak om systeeminnovaties te stimuleren, is vandaag vooral bekend onder de naam transitiebeleid of transitiemanagement. Project 5 en 6 hebben de bedoeling deze in Vlaanderen nog weinig bekende terreinen te verkennen en te onderzoeken wat hun bruikbaarheid is voor Vlaanderen. Cluster 3: Instrumenten voor duurzame ontwikkeling In de academische en de beleidsliteratuur bestaat er een brede consensus over het feit dat beleidsmaatregelen voor duurzame ontwikkeling ondersteund dienen te worden door de ontwikkeling van specifieke instrumenten. Gezien de inherente kenmerken van duurzame ontwikkeling houdt dit in dat specifieke elementen, zoals lange termijnkaders, integratie, solidariteit en ecologische grenzen, in rekening moeten worden gebracht bij de ontwikkeling van dergelijke instrumenten (Dyck-Madsen). Hoewel er veel methodologische en theoretische literatuur bestaat, alsook verscheidene beleidspraktijken in een aantal landen, regios, steden en internationale organisaties, heeft Vlaanderen totnogtoe geen bestaand, erkend, of sanctionerend (in de zin dat het onderworpen is aan politieke en publieke controle) geheel van indicatoren of systematische opvolging van duurzame ontwikkeling. Hetzelfde kan gezegd worden van de beleidsinstrumenten. Het traditionele geheel van sociale, economische en regelgevende instrumenten, wanneer toegepast op duurzame ontwikkeling in Vlaanderen, is vrij pover op dit moment. Het onderzoek in deze cluster heeft als doelstelling om bij te dragen aan de ontwikkeling van instrumenten ter ondersteuning van het Vlaamse beleid rond duurzame ontwikkeling. Voor ieder jaar worden de onderzoeksprojecten geëxpliciteerd in hun doelstellingen, werkwijze en deliverables in het jaarprogramma